Lid – ingenieur c.q. geoloog / aardwetenschapper

Introductie

Ter uitbreiding van de Commissie Mijnbouwschade ten behoeve van de afhandeling van schadegevallen in Limburg.

‘De schademelder staat centraal!’

Aanleiding

De minister heeft aangekondigd een onafhankelijke en deskundige commissie (Commissie Mijnbouwschade) in het leven te roepen om gedupeerden en mijnbouwexploitanten te adviseren over de behandeling van meldingen van mijnbouwschade en verzoeken om vergoeding daarvan onafhankelijk te beoordelen. Het betreft de sectoren olie-, zout-, aardwarmte- en kolenwinning alsmede de sector gas met uitzondering van het Groningenveld en de gasopslag Norg.
De meeste schademeldingen zijn afkomstig van particulieren. Het optreden van mijnbouwschades aan hun woningen is zeer belastend voor hen. Het doel van de landelijke aanpak voor mijnbouwschade is dat deze buitenrechtelijke behandeling laagdrempelig, transparant, onafhankelijk en snel is en dat de burger centraal staat. Uitgangspunt is daarbij dat de ongelijkheid tussen burger en mijnbouwonderneming wordt verminderd en dat een gedupeerde bij de behandeling van schade wordt ontzorgd.
Dit gebeurt door het instellen van een onafhankelijke partij die zelf onderzoekt wat de schadeoorzaak is en ook de hoogte van de mijnbouwschade vaststelt. Dit betekent een aanzienlijke verlichting van de vereiste inspanning van de gedupeerde en draagt bij aan zijn ontzorging.
De commissie gaat daarbij tewerk met een hoge mate van maatschappelijke sensitiviteit.
De werkwijze, procedure, inhoudelijke beoordelingscriteria en andere aspecten van de Commissie Mijnbouwschade zijn vastgelegd in het Instellingsbesluit Commissie Mijnbouwschade.

Organisatie

Taken van de Commissie Mijnbouwschade
De Commissie Mijnbouwschade heeft tot taak om naar aanleiding van een schademelding van een schademelder advies uit te brengen over de vraag:
∙ Of er sprake is van schade;
∙ Wat de oorzaak van deze schade is, en;
∙ Indien de schade is ontstaan door bodembeweging als gevolg van de aanleg of exploitatie van een mijnbouwwerk, welk deel van de schade daaraan kan worden toegerekend en wat de hoogte van het schadebedrag is dat naar het oordeel van de commissie door de mijnbouwonderneming aan de schademelder dient te worden vergoed.

Uitvoering
∙ De commissie stelt haar eigen werkwijze vast en beschouwt daarbij de protocollen zoals overeengekomen met de mijnbouwmaatschappijen als referentie;
∙ De commissie komt regelmatig bijeen en beoordeelt conceptadviezen die zijn opgesteld door het secretariaat, bestaande uit ambtenaren van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Die conceptadviezen bestaan uit een schademelding, eventuele verslagen van mondelinge toelichtingen, waar nodig een rapportage van een deskundige en in voorkomend geval aanvullende informatie. De commissieleden stellen overeenkomstig hun werkwijze de adviezen vast, doen op eigen initiatief nader onderzoek, of laten nader onderzoek verrichten;
∙ Het secretariaat is bevoegd tot het afhandelen van algemene juridische procedures (Wob-verzoeken, aanbestedingen, AVG-verzoeken, klachten). In haar werkwijze regelt de commissie de afstemming met het secretariaat;
∙ De commissie stelt ook een werkwijze voor deskundigen vast;
∙ De commissie maakt gebruik van rapportages die worden opgesteld door private, onafhankelijke deskundigen. De deskundigen worden geworven via EU-aanbesteding;
∙ De voorzitter brengt jaarlijks namens de commissie een verslag uit over de uitvoering van de taken aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat.

Functie

Samenstelling
De leden van de commissie worden benoemd, geschorst en ontslagen door de Minister van Economische Zaken en Klimaat. Benoeming vindt plaats voor een periode van ten hoogste vier jaar.
De leden van de commissie zijn onpartijdig en hun benoeming vindt plaats op grond van de  deskundigheid en onpartijdigheid die nodig is voor de uitoefening van de taak van de commissie.

De bestaande Commissie Mijnbouwschade wordt ten behoeve van de afhandeling van schadegevallen in Limburg uitgebreid met een vice voorzitter, tevens lid en 2 nieuwe leden.

1. Vice voorzitter:
· Bij voorkeur een (voormalig) rechter of anders jurist met vergelijkbare ervaringen betreffende arbitrage zaken in de bouw.

2. Leden:
· Een ingenieur c.q. geoloog/ aardwetenschapper met aantoonbare kennis en ervaring van geo-hydrologie en mijnbouwkunde;
· Een bouwkundige/civieltechnisch ingenieur (constructeur).

Specifieke eisen aan de vice voorzitter van de Commissie Mijnbouwschade
De vice voorzitter bepaalt in een complexe omgeving (mede) de koers en positie van de commissie.
Hij of zij dient te voldoen aan de volgende eisen:
· Heeft relevante bestuurlijke ervaring, die breed wordt herkend, is gezaghebbend en treedt waar nodig ook namens de commissie naar buiten op;
· Is in staat de discussie in de commissie zodanig te leiden dat deze -binnen haar juridische reikwijdte en rekening houdend met de maatschappelijke actualiteit-, resulteert in toegesneden adviezen aan de minister van Economische Zaken en Klimaat;
· Is iemand die de verbinding kan leggen tussen alle relevante aspecten, waaronder technisch wetenschappelijke, juridische, bestuurlijke en maatschappelijke;
· Is iemand die -mede bezien vanuit eventuele andere werkzaamheden en activiteiten, of eerdere uitlatingen- gezien wordt als voldoende onafhankelijk;
∙ Beschikt over kennis en aantoonbare ervaring op het raakvlak van bestuur, beleid.

De voorzitter heeft bij voorkeur ervaring op het snijvlak van het publiek/privaat schadevergoedingsrecht.
∙ Ten aanzien van het publiekrechtelijk schadevergoedingsrecht strekt aantoonbare, bijvoorbeeld aan het omgevingsrecht gelieerde ervaring met het werken met private, onafhankelijke deskundigen tot de aanbeveling.
∙ Ten aanzien van het private schadevergoedingsrecht strekt het beschikken over ervaring rond de risico aansprakelijkheid als bedoeld in artikel 6:177 BW, rond causaliteits-, aansprakelijkheids-,verjarings-, en tot cumulatie van schade-oorzaken tot de aanbeveling.
∙ Bij voorkeur blijkt de ervaring van commissieleden uit rapportages, uit juridische gedingstukken, uit rechterlijke uitspraken, of uit wetenschappelijke notities die zijn opgesteld door het commissielid.

Specifieke eisen aan de leden van de Commissie Mijnbouwschade
Ingenieur c.q. geoloog/ aardwetenschapper met aantoonbare kennis en ervaring van geo-hydrologie en mijnbouwkunde bij voorkeur van de vml. steenkoolwinning in Limburg;
∙ een bouwkundig/civieltechnisch ingenieur (constructeur) met kennis en aantoonbare ervaring op het gebied van (forensisch) onderzoek naar oorzaken van schade aan bouwconstructies, met name ook voor schades door bodembeweging in de diepe en de ondiepe ondergrond.

Generieke eisen aan de leden van de Commissie Mijnbouwschade
∙ Elk lid heeft een toonaangevende positie binnen het eigen vakgebied verworven;
∙ Elk lid is in staat te functioneren in een multidisciplinair team;
∙ Elk lid dient goed te kunnen samenwerken met het Instituut Mijnbouwschade Groningen;
∙ Elk lid is maatschappelijk geëngageerd en heeft een grote mate van maatschappelijke sensitiviteit;
∙ Elk lid kan vanuit eventuele andere werkzaamheden en activiteiten, of eerdere uitlatingen, gezien worden als onafhankelijk.
∙ Elk lid is in staat om de inzet voor de Commissie Mijnbouwschade flexibel in te plannen;
∙ Elk lid is in staat de vergaderingen van de commissie fysiek bij te wonen (er wordt vergaderd op wisselende vergaderlocaties in Nederland).

Functie-eisen

Uitsluitingsgrond:
Een lid is geen ambtenaar van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
NB: Een ambtenaar buiten dit ministerie, zoals bijvoorbeeld een rechter of hoogleraar, kan wel  benoemd worden tot voorzitter of lid van deze commissie.

Aanbod

Startdatum en Tijdsbelasting
∙ De gewenste startdatum is 1 juni 2024.
∙ De arbeidsduur bedraagt circa 2 werkdagen per week. De arbeidsduurfactor kan worden aangepast door de Minister van Economische Zaken en Klimaat indien hiertoe aanleiding is.
∙ Bij calamiteiten dient rekening met een piekbelasting te worden gehouden.

Vergoeding
De functies zijn gewaardeerd in schaal 17.

Inlichtingen

Meer informatie
De commissie laat zich om redenen van objectiviteit, transparantie en inclusie in deze procedure ondersteunen door Mr Gert-Jan Jongkind, directeur van Bestman · Bestuur & Management.
Hij verschaft u graag meer informatie over deze vacatures. Voor vragen over het profiel en/of de procedure kunt u telefonisch op WhatsApp contact met hem opnemen via nummer 06-50244791, of per email via emailadres: jongkind@bestman.nl

Sollicitatie

Solliciteren
Indien u belangstelling hebt voor een van de vacatures, dan verzoeken wij u uw motivatiebrief en cv te uploaden. In verband met de regels omtrent privacy/AVG kunt u uitsluitend reageren via de website www.bestman.nl. Het cv bevat een chronologisch overzicht van uw werkzaamheden en een overzicht van uw afgeronde opleidingen.
Met het oog op inclusie worden vrouwen en kandidaten met een cultureel diverse achtergrond  nadrukkelijk uitgenodigd te solliciteren.

Procedure & planning
Het inwinnen van referenties maakt deel uit van de procedure.
Het overleggen van een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) maakt deel uit van de procedure.
Een integriteitsscan kan onderdeel uit maken van de procedure.
Een assessment kan onderdeel uitmaken van de procedure.
U kunt reageren tot vrijdag 17 mei aanstaande.

Top